Escargots anders


De winter heeft de  touwtjes weer stevig in handen en de enthousiast uit de starblokken gekomen lente de kleedkamer ingestuurd. Net goed, want maart moet natuurlijk wel zijn staart kunnen roeren.

Wat niet wegneemt dat de teruggefloten lente intussen wel wat sporen in de natuur heeft achtergelaten. Zo zit er in mijn conifeer al een duif op het nest.
Nog zo’n lentebode is de sleedoorn, die zijn piepkleine bloempjes laat ontluiken, zij het nog heel voorzichtig. Nog even en zij gaan volledig los en leggen struikranden onder een helderwitte sluier. Het ontluiken van de sleedoorn, vanmiddag op onze wandeling in het Spuibos, riep een herinnering op aan Maarten Alleblas, die zo enorm van deze mooie lentebode kon genieten. Ik schrijf ‘kon’, want vandaag precies een jaar geleden overleed hij. Maar vandaag was hij een gedachtemoment terug op aarde. En vast niet alleen bij mij.

Door de stormachtige wind hadden wij het gauw gezien buiten. Terwijl Sandra thee zette en ik starend uit het keukenraam namijmerde, bracht een zanglijster mij terug in het heden.  

Zanglijsters doen mijn tuin niet vaak aan en ik was in mijn nopjes om er een te zien. Hij zou er vast wat te zoeken hebben, dacht ik. En inderdaad, even later zag ik hem met een slak in de snavel uit de border stappen. Hij sloeg het huis op het pad aan gruzelementen en verorberde de bewoner zonder verdere poespas. Weet hij veel dat ze uit de oven met boter en veel knoflook nog lekkerder zijn?

De stippen op de borst van zanglijsters zijn pijlvormig

De slak is waarschijnlijk een gewone tuinslak (Cepaea nemoralis)
Hier is de slak getransformeerd in een lekker hapje; zijn huis is onbewoonbaar verklaard

Reacties

Een reactie posten