Posts

Posts uit september, 2017 tonen

Spreeuwenbollen

Afbeelding
Wentelend en zwenkend schakeert de spreeuwenwolk tussen donker en licht. Gestructureerd stemmen de vogels hun bewegingen op elkaar af. Maar soms ook heerst er chaos. Dan is het alsof iemand een pak chocoladevlokken uitstrooit.  chocoladevlokken Soms ballen ze samen tot een compacte kluwen, die dan weer kogelrond is en dan weer uitvloeit naar andere vormen van rondheid, geometrisch ondefinieerbaar, maar ongekend mooi, zoals vloeistofbellen in een lavalamp. Maar eigenlijk is de bol voor mij slechts het symptoom van een veel mooier verschijnsel: een jagende roofvogel! Afgelopen woensdag had ik bij Wijngaard De Vier Ambachten post gevat, omdat daar zo'n groep spreeuwen bezig was.  Ik hoopte en vermoedde dat er regelmatig roofvogels doorheen zouden schieten.  En inderdaad, al snel verscheen er een sperwervrouwtje onder de zwerm, die onmiddellijk samenpakte tot de bekende bolvorm. De sperwer deed een een poging om een spreeuw te grijpen, maar miste. Toen g

Djagoen!

Afbeelding
Mijn oma komt niet vaak meer opduiken in mijn herinneringen. In het klassement van de nagedachtenis hebben andere dierbaren haar ingehaald. Maar altijd als de maïs rijp is en in zware kolven aan de stengels hangt, eist zij haar plek weer even op. Dat gebeurde ook vanmiddag toen ik aan de rand van een maïsveld zat en in gedachten haar enthousiaste stem hoorde: “djagoen: gappen, we moeten gappen”. Mijn oma was geen kleptomaan. Haar drang om maïs te pikken was een oorlogstrauma, opgedaan in het jappenkamp. Daar was van alles in overvloed: angst, maden in de rijst, ontreddering, dysenterie, uitputting, dood, verderf, sadistische kleine spleetogen met stokken of zwaarden. Van eten daarentegen was er maar weinig. Onder het juk van de jappen kon een zorgzame moeder dolgelukkig worden van een  stiekem uit een veld gesnaaide maïskolf. Merkwaardig, hoe wij het ene moment naties afdoen als eng en gevaarlijk om ze jaren later te waarderen als bondgenoot, zoals Japan of Duitsland.

Grauw

Afbeelding
De havik bijvoorbeeld, is een blijvertje (zie tekst) Vandaag begin ik mijn blog met een foto. Ik eindig met een link. Een collega vroeg mij of ik morgen nog naar mijn boomvalken ging. "Helaas niet", was mijn antwoord, want ze zijn weer weggetrokken naar Afrika.    De collega reageerde verbaasd, want hij had eigenlijk nooit beseft dat sommige roofvogels trekvogels zijn. Van de Werkgroep Grauwe Kiekendief kreeg ik een nieuwsbrief.  Wist u dat ook deze roofvogel een zomergast is die in onze herfst en winter in Afrika verblijft? Klik voor de grap eens op de onderstaande link naar een website waarop de reis te volgen is van 14 grauwe kiekendieven met een zendertje. Intrigerend, zo'n reis. En als u dan toch nieuwsgierig bent geworden, kijk dan naar Binnenste Buiten op 26 september 2017 op 18.50 uur op Ned 2. Daar komt een korte reportage over deze roofvogel. Hier op Voorne-Putten zult u niet snel een grauwe kiek tegenkomen. wij moeten het in de zo

Zeetrek trekt!

Afbeelding
De nieuwe uitkijkpost aan de Maasvlakte heet in de volksmond intussen "het kruis”. Dit heiligdom van de zeetrektellers wordt zo genoemd omdat de verticale bielzen die de wind moeten breken in een kruisvorm zijn opgesteld. Zo is er altijd wel een kant waar men enigszins in de luwte kan zitten.  Toen Tino en ik er vanmiddag aankwamen, waren de meest luwe plekken al ingenomen door een paar bikkels die er eerder waren dan wij. Zij tuurden aandachtig met hun kijkbuizen over de heftig kolkende en schuimende zee naar de horizon. Bij deze woeste westenwind was er grote kans op jager- en stormvogelsoorten, die normaal de open zee verkiezen, maar nu naar de kust werden geblazen. Tino en ik gingen er naast zitten, zo goed en zo kwaad als het ging nog een stukje luwte meepakkend. Zo hoopten wij zonder al te veel trillingen door onze telescopen te kunnen kijken en, belangrijker nog, onze spullen te beschermen tegen het fijne zand dat met groot geweld op ons af werd geblazen.  R

Nat

Afbeelding
Het boomvalkjong zit hoog in zijn mast. Van daaraf kan hij de omgeving tot ver in de omtrek overzien. Daarom heeft hij de donkere regenwolk al een tijd in het oog. Boven Goudswaard gutsen slierten water er al uit. Nog even en het zal hier zijn. Mijn telescoop is al een half uur op de jonge boomvalk gericht. Het krijgt al de slanke vorm van zijn ouders. Wel heeft het nog de beige ondertoon met donkerbruine vlekken. Niet het strakke antraciet met contrasterend wit van zijn ouders. En ook ontbeert het nog de roestrode broekveren. In al zijn jeugdigheid is hij prachtig. Het jonge dier vraagt zich af wat de in het groen gehulde man, die beneden langs het aardappelveld zit, nu zal gaan doen. Zal hij vertrekken en beschutting zoeken? De man op zijn beurt vraagt zich af hoe de valk zal reageren, als straks de bui losbarst. Zal hij op de wieken gaan en beschutting zoeken in een van de populieren verderop? Of wegkruipen achter een balk of plaat in de mast? Dan klinkt aan het eind v