Dromen
Gisteravond was ik met mijn moeder op stap. Het was ouderwets gezellig. Een vreemde gewaarwording, want ze is al negen jaar dood. Een van de pillen die ik slik, kan angstdromen veroorzaken; eindelijk eens een bijwerking waarvan ik kan meepraten. Lang niet altijd prettig, dat kan ik jullie verzekeren. Gelukkig duikt ook mijn moeder regelmatig op. Alsof zij haar kind vanuit het hiernamaals komt troosten, al kan ik niet meer bij haar in bed stappen (“Sst, voorzichtig, want anders maak je papa wakker”). Het mooie van dromen, is dat je weer even samen kunt zijn met dierbaren die er niet meer zijn. Mooi, en bij het wakker worden ook eventjes triest. Gelukkig roept dan de dag: “Peter, opstaan, je moet het leven vieren.” En dat doe ik dan, met volle teugen. Meer dan alleen maar soms vergezelt mijn moeder mij daarbij, tijdens het dagdromen. Logisch, want zij weet het leven als de beste te vieren. Zelfs nu zij dood is, in mijn betere dromen. Deze ringmus is een droom waardig