Een roerende staart



Maart maakt het voorjaar uitbundig kenbaar met  knolgewasjes, zoals krokus en sneeuwklok, wier fleurige hoedjes overgaan in een fragiel nekje. Samen met hun frisgroene blaadjes geven ze de kale grond kleur.


Erboven, in nog kale heesters, zingen roodborsten en heggemussen ieder hun eigen herkenbare lenteriedeltjes. De zanglijster fluit als een gek om aandacht en imiteert daarbij wat ie maar kan.

Maar de winter is niet ver weg. Dat merk ik huiverend als het straffe windje mijn nekvel bereikt. En aan mijn gevoelige tengels die ik diep in mijn zakken moet wegstoppen om te voorkomen dat het ijspegels worden. Gisteren sneeuwde het zelfs nog en de dagen ervoor lag er een vlies van ijs op sloten en vijvers.

De overgang tussen lente en winter is ook te zien aan de talrijke vogelsoorten, waarvan er sommige over een paar weken zomaar weggetrokken zullen zijn, zoals de sijsjes, die ook vandaag weer acrobatisch aan de elzenproppen hingen. En de groep van wel vijftig koperwieken die als spreeuwen kwetterden in de  hoge essen. Ook de vuurgoudhaan was er nog. Geniet er nog maar even van, want straks zijn ze ineens verdwenen om plaats te maken voor broedvogels uit het zuiden.

De vuurgoudhaan, wintergast en doortrekker, beweeglijke diertjes, meestal in het lage struweel

Zo zag ik hem een paar dagen later, op dezelfde plek; vurig kuifje hoor!


Een buizerd met prooi. Op diverse plaatsen baltsen paartjes al boven de nestplaatsen

 Roodborsten zijn dol op zingen in de schemering en gaan soms zelf door tot de duisternis invalt.


Reacties