Een jager van likmijnvestje.
Daar komt eindelijk de zon. Ralph, de wachtpost, zat er al
een tijdje op de wachten, in zijn dikke grijze bontjas.
Ralph pauselijk op zijn troon |
Nu is hij dan ook nog eens ziek: “suiker”.
De zieke Ralph in ontspannen wachthouding |
Eigenlijk had hij allang dood moeten zijn, ware het niet dat
Sandra zich tot een echte verpleegkundige heeft ontpopt. Tweemaal daags dient zij hem met een
welgemikte prik een dosis insuline toe en daarna twee kattensnoepjes als
beloning voor het braaf stilzitten. De grote kater ondergaat het gelaten.
In mijn tuin hangen twee nestkastjes, die elk jaar weer
onbezet zijn. Ze hangen op de juiste hoogte en richting en de vliegopening en de
kastjes zelf zijn van het goede formaat. Ook is er voldoende voedsel in de tuin
en in de buurt. Maar aan de derde van de drie “v’s” (voedsel, voorplanting en
veiligheid) staat de aanwezigheid van Ralph in de weg. Hij mag dan nog geen
deuk in een pakje boter slaan: er gaat toch te veel dreiging van hem uit. Zelfs als hij onderuitgezakt op de tuintafel ligt, maar zeker op dagen dat hij als een ware rover onder de dekking van een struik op de loer ligt.
Geen nesten in mijn tuin dus?
Toch wel, want in de bol-viburnum maakt een merel meerdere keren per jaar een nest. Die struik is zo dicht vertakt dat Ralph er niet bij kan.
Toch wel, want in de bol-viburnum maakt een merel meerdere keren per jaar een nest. Die struik is zo dicht vertakt dat Ralph er niet bij kan.
De merelman met rechts de bolviburnum; het vrouwtje haalt uit de oever van mijn vijver op de voorgrond altijd natte sliertjes om haar nest mee te bekleden. |
Jammergenoeg heeft dat nest nooit iets opgeleverd, behalve dan voor de eksters, die onze tuinen afstruinen op iets te bikken en een lekker merel-eitje niet versmaden. Dezelfde eksters die voor Ralph niet bang zijn en dagelijks zijn bakje voer leegroven op dagen dat wij werken en hij buiten wil zijn.
Reacties
Een reactie posten