Snavelvragen



De vorm van de snavel van een vogel zegt iets over wat hij eet. Kleine puntige snavels peuren in gaatjes en kiertjes naar kleine insecten of zaadjes. Brede snavels kunnen zaden of nootjes kraken. Sommige snavels zijn ware multi-tools, zoals stevige, puntige ekstersnavels: insecten, zaden, vogeleieren, kuikens of vuilniszakken, zij kunnen er alles mee. Andere snavels, zoals de lange dunne snavels van kolibries vragen juist om specialistisch gebruik.

De vorm zegt iets. Niet alles. Een roodborst en een koolmees hebben ongeveer dezelfde snavelvorm. Toch zul je een roodborst zelden een zonnepit zien kraken. Vogels hebben hun eigen voorkeuren en behendigheden. En dat is maar goed ook, want als elke vogel hetzelfde zou eten, zouden er tekorten ontstaan. Door ieder net iets anders te eten, kan elke vogelsoort een kostje bij elkaar scharrelen.





Een roodborst met een bes in de bek. Dat riep vele vragen bij mij op. Ik kon de bes niet plaatsen bij de puntige snavelvorm en bij wat ik roodborsten meestal met die snavels zie doen, namelijk met subtiele pikjes, tussen de voegen van de klinkers in mijn terras of tussen de bladeren in de borders, scharrelen naar klein voedsel: slakjes, spinnetjes, zaadjes. 

Het is bekend dat veel insectenetende vogels in de winter overschakelen naar een ander dieet, van zaden en bessen, omdat insecten dan schaarser zijn. Maar het is helemaal geen winter. In tegendeel, het is 19 december en ik heb gisteren het gras nog gemaaid, want hoewel de jaarwisseling nog maar een kleine twee weken verwijderd is, is het uitzonderlijk warm voor de tijd van het jaar. Sinds het aflopen van de zomer heeft het nog geen nacht gevroren. Een week geleden zag ik nog een libel vliegen en muggen dansen boven de vijver. 

Het lijkt er niet op dat de roodborst geen kleine diertjes meer kan vinden. Dus wat betekende het, dat de roodborst een bes at? Misschien dat roodborsten ook als de insecten nog niet schaars zijn graag bessen eten in de donkere maanden? Dat kleine prooidiertjes toch zo schaars zijn geworden, ook al vriest het niet, dat er aanvullend voedsel gezocht moet worden? Dat deze roodborst gewoon zin had in een bes? Dat een roodborstenmaag ieder najaar geschikt wordt voor het verteren van bessen, zelfs als het in werkelijkheid nog niet te koud is om insecten te vinden?

Ik weet het antwoord niet. Om het uit te vinden zal ik jarenlang studie naar foerageergedrag van roodborsten moeten doen. Zelf, of studies van anderen lezen. Daar heb ik helaas geen tijd voor. Daarom laat ik de vraag open. Want een vogelaar, een mens, kan geen grotere fout maken dan uit te gaan van aannames, zonder zeker te weten dat die juist zijn. Helaas gebeurt dat veel te vaak. Daar kom ik later dan ook nog eens op terug. 

Reacties