Offline. Of: overleven in de echte wereld
Een busje in oranje en groen staat voor de deur. Ernaast
zwoegen twee grondwerkers. Halen tegels uit de grond, graven en gooien de boel
weer dicht. Met een denkbeeldige plof gaan internet en televisie op zwart. Sandra
legt niet snel genoeg de link met de storing en het wegrijdende busje en
vergeet naar buiten te stormen. Ach, wat zou het ook, alsof zij de boel meteen
weer zouden opengooien?
Meer dan een week geen tv en internet. Hoe hebben wij het overleefd?
Ziggo wordt gebeld, de ellende begint.
Na een veel te lange wachttijd volgt het standaardverweer “gebruikt u wel de goede kabels?”
Na een veel te lange wachttijd volgt het standaardverweer “gebruikt u wel de goede kabels?”
“Ja, dat doen wij, zelfs hele goede en die functioneerden ook prima tot
een half uur geleden” (grrrrr).
Wij worden maar half geloofd als wij vertellen over de graafwerkzaamheden.
Immers:
“u bent de enige in de straat met klachten…”
Wij antwoorden dat het dan vast alleen ‘onze’ kabel geweest is, die ten prooi
gevallen is aan een slecht gerichte steek van een spade.
“Wij kunnen een monteur sturen, maar als het niet onze fout is, dan kost dat €
50,00."
“Laat maar komen,” zeggen wij (wij lusten u rauw).
“Er is alleen één probleempje: wij kunnen pas na het weekend komen.”
“Na het weekend? Het is nu dinsdag! Laat u ons zo lang zonder tv en internet
zitten, wat is dat voor een service voor iets wat wij niet zelf veroorzaakt
hebben?”
(het werd na veel aandringen maandag).
De monteur stelde vast wat wij al wisten, maar kon zelf
niets doen. Er moest een meetmeneer komen om te bepalen waar de kabel
precies stuk was.
"Wat te denken van de plaats waar zichtbaar de tegels open gelegen hebben, dat lijkt ons duidelijk, dus neemt u een grondwerker mee?"
Natuurlijk niet, want dat was wéér een andere afdeling.
"Wat te denken van de plaats waar zichtbaar de tegels open gelegen hebben, dat lijkt ons duidelijk, dus neemt u een grondwerker mee?"
Natuurlijk niet, want dat was wéér een andere afdeling.
De meetmeneer stelde vast wat wij dinsdag al wisten, maar kon er zelf niets
aan doen. Er moest een grondwerker komen (meent u dat nou, wat een verrassing). Die kon woensdag komen.
Het is nu woensdag. De kabel is hersteld. Ik moest natuurlijk alles opnieuw
instellen, maar onze onvrijwillige excommunicatie is opgeheven; wij mogen de
wereld weer binnentreden.
Offline zijn. Er vooraf over fantaserend zou je denken dat het een peulenschil moet zijn,
maar in de praktijk viel het toch tegen. Ongemerkt bleken wij meer tijd voor de buis en op het internet door te brengen dan wij dachten, terwijl wij vonden dat wij maar gemiddelde gebruikers waren. Voor sommige zaken is het internet
zelfs onontbeerlijk geworden, zoals voor bankieren of het ontvangen van elektronische
post van instanties.
Gelukkig werkte het weer mee. Althans in de ochtenden en
avonden, want overdag was ik door de hitte aan mijn verduisterde
huis gekluisterd. Maar op de koele dagdelen was het nu verplicht naar buiten
gaan, in plaats van gedachteloos en routineus achter buis of laptop te kruipen.
Het moeten ‘overleven’ bracht Sandra en mij de voorbije zwoele zomeravonden al
fietsend op betoverende plekken, niet eens zo ver van huis. Mooie en
rustgevende plaatsen die uitnodigen om er vaker heen te gaan.
Ik heb mij voorgenomen om ook de komende dagen de tv uit te laten en het internet te
laten voor wat het is, namelijk een virtuele wereld, want buiten ligt de echte. Ik kan
het iedereen aanbevelen (maar niet volledig, want wie leest er dan nog mijn
blog?)
Soms hoef je de wijk niet eens uit om betoverd te worden, zoals door deze vrouwtjessperwer, die in de Keplerlaan een Turkse tortel geslagen had. Smullen!
Dit autodak bleek wat glad om als tafel te dienen |
De dakgoot beviel beter. Hier zit mevrouw met een pluk duivenveren aan de snavel |
Je ziet haar denken "rij nou maar door met die vervelende telelens van je" |
Reacties
Een reactie posten