Spuitgasten

Voor de landbouwers in het Spijkenisser buitengebied heeft het nog altijd niet genoeg geregend. Dus kopen ze regen in bij een bedrijfje dat beregening verkoopt. Laatst stond ik geïntrigeerd te kijken bij zo’n beregeningsinstallatie. Toen de mannen van het apparaat er ook nog eens bij kwamen staan, vroeg ik natuurlijk honderduit.


Het systeem is simpel. Een tractor met draaiende motor levert energie aan een pomp, die water uit een sloot in enorme slangen pompt met een diameter van zo’n 10 á 15 cm. Die slangen zitten op een reusachtige katrol. De slangen worden honderden meters uitgerold in het veld gelegd (ben vergeten te vragen hoe ze dat doen, waarschijnlijk ook met een tractor, want die slangen zijn anders niet in beweging te krijgen). Aan het eind van de slang staat een spuit, die automatisch alle windrichtingen besproeit (zie foto). Die spuit staat op wielen. De tractor die de pomp aanstuurt, brengt ook de katrol in beweging, waarmee de slang in slakkengang wordt teruggetrokken. Per minuut 45 centimeter, per uur ongeveer 30 meter. Zo krijgt het water de kans om lang op een plek neer te slaan. Een deel van het water verdampt of verwaait direct, zeker overdag. Er moet dus langdurig veel water worden gesproeid. Liefst sproeien ze de hele nacht door, maar dat kan alleen als de pompwagen ver van de bebouwde kom staat. Want anders kan de brave burger niet slapen en wordt de politie gebeld.


Het slootje waar de pomp stond was na een uur al leeg! Met een andere pomp werd vanuit een grotere vaart water overgepompt naar het kleine slootje, dat na een paar uur weer voldoende vol was.  Men een continue aanvoer van het water uit de grote vaart zou het niet snel meer droogvallen.

Tot zover mijn samenvatting van een lesje hogere spuitkunde. Leuk toch?

Reacties